Als je Anita spreekt, hoor je het meteen: vermoeidheid, maar ook een stille boosheid die zich in de loop der jaren heeft opgebouwd. Ze is alleenstaande moeder, leeft van een bijstandsuitkering en probeert elke dag het hoofd boven water te houden. Niet omdat ze niet wil werken of vooruit wil, benadrukt ze, maar omdat het systeem haar nauwelijks ruimte laat. “Ik ben de hele dag aan het rekenen,” zegt ze. “Niet om te sparen of plannen te maken, maar om te kijken hoe ik het einde van de maand haal.”

Ze zit aan de keukentafel met een stapel papieren en een boodschappenlijst die al meerdere keren is aangepast. Elk product wordt afgewogen. Wat is echt nodig? Wat kan wachten? Soms blijft er niets over om te schrappen, behalve haar eigen wensen. “Je leert jezelf onzichtbaar te maken,” vertelt ze. “Alles draait om de kinderen. Jij komt als laatste.”
Overleven in plaats van leven
Volgens Anita bestaat er een hardnekkig beeld dat mensen met een uitkering het ‘makkelijk’ zouden hebben. “Dat idee doet pijn,” zegt ze. “Want wat ik doe, is niet leven, maar overleven.” De huur, energie, zorgverzekering en andere vaste lasten slokken het grootste deel van haar inkomen op. Wat daarna overblijft, is onvoldoende om normaal mee te draaien in de maatschappij.
Een spontaan uitje is er niet bij. Een ijsje halen, een middagje zwembad of een verjaardagspartijtje: het lijkt onschuldig, maar het vraagt telkens om keuzes die pijn doen. “Mijn kinderen vragen soms of we ook eens iets leuks kunnen doen,” zegt ze zacht. “Dan moet ik uitleggen dat het niet kan. Dat breekt je als ouder.”
De constante stress van onverwachte kosten
Alsof het maandelijkse puzzelen nog niet genoeg is, zijn het vooral de onverwachte kosten die haar nachtrust verstoren. Een kapotte wasmachine, een fiets die gerepareerd moet worden, nieuwe schoenen omdat kinderen nu eenmaal groeien. “Ik heb geen buffer,” legt ze uit. “Als er iets misgaat, dan gaat alles mis.”
Laatst begaf de koelkast het. Het was geen luxe apparaat, maar vervangen moest hij worden. “Dan zit je meteen in paniek,” vertelt Anita. “Je belt, je leent, je schuift. En ondertussen voel je je steeds kleiner worden.” Schulden liggen voortdurend op de loer, ook al doet ze er alles aan om die te vermijden.
Alles wordt duurder, behalve het inkomen
Wat Anita misschien nog wel het meest frustreert, is dat alles om haar heen duurder wordt, terwijl haar inkomen nauwelijks meebeweegt. De boodschappen zijn fors duurder dan een paar jaar geleden, de energierekening blijft hoog en zelfs openbaar vervoer is geen vanzelfsprekendheid meer. “Je ziet prijzen stijgen, maar je uitkering blijft achter,” zegt ze. “Dat voelt oneerlijk.”
Ze hoort politici praten over koopkracht en inflatie, maar in haar dagelijks leven merkt ze weinig van verlichting. “Het lijkt alsof beleid wordt gemaakt voor gemiddelden,” stelt ze. “Maar mensen zoals ik vallen altijd net buiten de boot.”

Het gevoel buitengesloten te zijn
De financiële stress heeft ook een sociale kant. Anita voelt zich vaak buitengesloten, niet alleen voor zichzelf, maar vooral voor haar kinderen. Schoolreisjes, sportclubs, uitjes met vriendjes: alles kost geld. “Je wilt dat je kinderen gelijke kansen hebben,” zegt ze. “Maar hoe doe je dat als je constant ‘nee’ moet verkopen?”
Ze schaamt zich daar soms voor, al weet ze rationeel dat het niet haar schuld is. “Toch voel je je tekortschieten,” bekent ze. “Alsof je faalt, terwijl je juist keihard je best doet.”
Vast in een systeem zonder uitweg
Werken zou volgens velen de oplossing zijn, maar voor Anita ligt dat ingewikkelder. “Als je bijverdient, word je gekort,” legt ze uit. “En de regels zijn zo ingewikkeld dat je bang bent om fouten te maken.” Een kleine misstap kan grote gevolgen hebben, zoals terugvorderingen of boetes.
Daardoor voelt het systeem niet als een springplank, maar als een valkuil. “Je wilt vooruit, maar elke stap voelt risicovol,” zegt ze. “Dat maakt je voorzichtig, misschien wel te voorzichtig. En zo blijf je vastzitten.”
Steun vinden bij lotgenoten
Wat haar overeind houdt, is het contact met andere mensen in dezelfde situatie. Online en via lokale initiatieven vindt ze herkenning. “Het lucht op om te praten met mensen die het begrijpen,” vertelt Anita. Samen delen ze tips, frustraties en soms ook kleine successen.
Met die groep groeit ook een gezamenlijke stem. “We vragen geen luxe,” benadrukt ze. “We vragen om ademruimte. Om een uitkering waar je normaal van kunt leven en regels die je helpen in plaats van tegenwerken.”

Meer dan geld alleen
Voor Anita gaat het niet alleen om euro’s. Het gaat om waardigheid, om het gevoel dat je meetelt. “Ik wil mijn kinderen laten zien dat je, ook als je het moeilijk hebt, kansen kunt krijgen,” zegt ze. “Maar dan moet het systeem wel meewerken.”
Ze gelooft dat investeren in mensen uiteindelijk meer oplevert dan bezuinigen op hen. “Als je mensen ruimte geeft, gaan ze die ook gebruiken,” zegt ze overtuigd.
Een oproep aan de politiek
Anita hoopt dat beleidsmakers beter luisteren naar de verhalen achter de cijfers. “Kom kijken hoe het echt is,” zegt ze. “Niet vanaf papier, maar aan de keukentafel.” Volgens haar is het tijd voor een eerlijkere bijstand, minder strenge sancties bij bijverdienen en meer ondersteuning richting werk.
Haar wens is bescheiden, maar veelzeggend: “Ik wil niet rijk worden. Ik wil gewoon af en toe ‘ja’ kunnen zeggen tegen mijn kinderen, zonder angst voor de rekening.” Tot die tijd blijft ze haar stem gebruiken. “Niet alleen voor mezelf,” besluit ze, “maar voor iedereen die nu gevangen zit tussen regels en tekorten. We verdienen meer dan alleen maar overleven.”










