Het plan om het eigen risico in de zorgverzekering te halveren is voorlopig van de baan. Wat bedoeld was als een maatregel om de zorg betaalbaarder te maken voor miljoenen Nederlanders, blijkt politiek te gevoelig en financieel te duur. Daardoor blijft het eigen risico voorlopig op €385 per jaar. Vooral ouderen, chronisch zieken en mensen met een lager inkomen zijn teleurgesteld: zij hadden gehoopt op wat financiële verlichting.

Waarom het plan niet doorgaat
De halvering van het eigen risico – van €385 naar €165 – was een van de meest besproken onderwerpen tijdens de kabinetsformatie van 2024. Linkse partijen zoals GroenLinks-PvdA drongen aan op een verlaging, om te voorkomen dat mensen zorg mijden uit angst voor de kosten. De PVV ging zelfs verder en pleitte voor een volledige afschaffing van het eigen risico.
Maar in het huidige kabinet van PVV, VVD, NSC en BBB bleken de meningen sterk verdeeld. De VVD en NSC waarschuwden dat een verlaging de zorgpremie fors zou doen stijgen. De kosten van de maatregel – geraamd op enkele miljarden per jaar – zouden immers op een andere manier terugverdiend moeten worden, meestal via hogere premies of belastingen.
Het Centraal Planbureau (CPB) berekende dat een halvering van het eigen risico de premie met €20 tot €25 per maand zou verhogen. Dat betekent €240 tot €300 extra per jaar, per persoon. Daarmee zou het voordeel voor veel mensen verdwijnen, zeker voor gezinnen met meerdere verzekerden.
Uiteindelijk koos het kabinet ervoor om het plan te schrappen en de focus te verleggen naar het beheersen van de totale zorgkosten.

Hoe groot is de impact?
Voor veel Nederlanders verandert er voorlopig niets: het verplichte eigen risico blijft €385. Toch is de beslissing een domper voor mensen die jaarlijks veel zorg nodig hebben.
Ouderen en chronisch zieken maken hun eigen risico meestal elk jaar volledig op. Dat bedrag komt bovenop de maandelijkse premie, die in 2026 opnieuw licht zal stijgen.
Voor deze groepen was de halvering een belangrijk signaal dat de overheid hun situatie erkende. Nu dat plan van tafel is, blijft de druk op hun portemonnee bestaan.
Zorgmijding blijft een probleem: steeds meer mensen stellen medische afspraken of behandelingen uit vanwege de kosten, wat op lange termijn juist kan leiden tot duurdere zorg.
Volgens voormalig zorgminister Fleur Agema (PVV) is het “jammer dat dit traject niet wordt doorgezet.” Ze noemt het “pijnlijk dat mensen met lage inkomens opnieuw het volle bedrag moeten betalen.”

Waarom is het eigen risico eigenlijk zo belangrijk?
Het eigen risico werd in 2008 ingevoerd om mensen bewuster te maken van hun zorggebruik. Het idee was dat mensen niet bij elk wissewasje naar de huisarts of het ziekenhuis zouden gaan. Maar inmiddels is de maatregel omstreden. Veel Nederlanders ervaren het niet als een prikkel om bewuster met zorg om te gaan, maar als een financiële drempel.
Critici stellen dat het systeem zijn doel voorbijschiet: mensen met weinig zorgkosten profiteren, terwijl mensen die wél zorg nodig hebben – vaak de kwetsbaarsten – elk jaar het volle bedrag betalen.
Wat kunnen we verwachten in 2026?
Eigen risico blijft €385. Er zijn voorlopig geen plannen om dat bedrag aan te passen.
Zorgtoeslag blijft het belangrijkste middel om lage inkomens te compenseren. De verwachting is dat deze in 2026 licht wordt verhoogd.
Nieuwe ideeën circuleren in Den Haag: sommige partijen pleiten voor een inkomensafhankelijk eigen risico, of een systeem waarbij mensen per behandeling een kleine bijdrage betalen in plaats van één vast bedrag per jaar.

Voorlopig blijft het dus bij het oude. De politiek schuift het onderwerp opnieuw vooruit, uit angst voor de financiële gevolgen en oplopende zorgpremies. Maar de discussie is allesbehalve voorbij: de spanning tussen betaalbaarheid, toegankelijkheid en solidariteit in de zorg blijft een van de grootste uitdagingen voor de komende jaren.









