Heb je je ooit afgevraagd waarom we sommige groenten in kokend water doen en andere juist in koud water opzetten? Het lijkt misschien een klein detail, maar het kan een groot verschil maken in smaak, structuur én voedingswaarde. Met één simpele regel kun je voortaan altijd weten wat het beste is: het hangt af van waar je groente groeit – boven of onder de grond.

Boven of onder de grond?
Groenten die boven de grond groeien, zoals broccoli, bloemkool en sperziebonen, hebben van nature een zachtere structuur. Ze bevatten minder zetmeel en zijn dus sneller gaar. Door ze in kokend water te doen, blijven ze knapperig en behouden ze beter hun kleur. Als je ze in koud water zou opzetten, zouden ze te lang koken en slap worden voordat ze goed gaar zijn.
Aan de andere kant heb je de groenten die onder de grond groeien, zoals aardappelen, wortels en bieten. Deze bevatten meer zetmeel en hebben een stevigere structuur. Zet je ze direct in kokend water, dan wordt de buitenkant sneller gaar dan de binnenkant, wat kan zorgen voor een ongelijkmatige garing. Daarom begin je deze groenten beter in koud water, zodat ze langzaam en gelijkmatig warm worden en overal dezelfde textuur krijgen.
Het behoud van voedingsstoffen
Naast de kookmethode speelt ook het behoud van voedingsstoffen een belangrijke rol. Volgens het Voedingscentrum kunnen tijdens het koken vitamines en mineralen verloren gaan, vooral bij bladgroenten zoals spinazie en boerenkool. Tot wel de helft van de voedingsstoffen kan verdwijnen als je ze te lang kookt. Vitamine C is hier een goed voorbeeld van – die breekt snel af bij hoge temperaturen.
Wil je je groenten zo gezond mogelijk houden, dan is stomen een uitstekend alternatief. Hierbij blijven meer vitamines behouden en blijven de groenten knapperig en smaakvol. Een andere tip is om groenten pas kort te koken en daarna snel af te spoelen met koud water (blancheren). Zo stop je het kookproces en blijven kleur, smaak en voedingswaarde beter behouden.

Handige richtlijn
Hieronder vind je een overzicht van veelvoorkomende groenten, ingedeeld naar hun groeiplek:
Groenten die boven de grond groeien (in kokend water):
Broccoli
Bloemkool
Sperziebonen
Snijbonen
Asperges
Erwten
Spruitjes
Spinazie
Artisjok
Groenten die onder de grond groeien (in koud water):
Aardappelen
Zoete aardappelen
Wortels
Pastinaak
Koolraap
Knolselderij
Ui
Bieten

Het lijkt misschien een klein verschil, maar de keuze tussen koud of kokend water bepaalt of je maaltijd een succes wordt. Door simpelweg te onthouden waar je groente groeit, kook je voortaan met meer kennis én meer smaak. Bovendien helpt het je om voedingsstoffen beter te behouden. Dus de volgende keer dat je in de keuken staat: denk even na, boven of onder de grond? Zo simpel kan goed koken zijn.










