Wanneer is het écht tijd om de verwarming aan te zetten?
De herfst is begonnen: bladeren vallen van de bomen, regen tikt tegen de ramen en de temperatuur daalt gestaag. Dat betekent dat veel mensen weer voor hetzelfde jaarlijkse dilemma staan: wanneer zet je de verwarming aan? Het lijkt een simpele beslissing, maar het juiste moment kiezen kan behoorlijk wat verschil maken – niet alleen voor je comfort, maar ook voor je energierekening.

Wachten tot het écht nodig is
Zodra het buiten wat frisser wordt, is de verleiding groot om de thermostaat omhoog te draaien. Toch raden experts aan om nog even te wachten. Het is verstandiger om de verwarming pas aan te zetten als de binnentemperatuur structureel onder de 18 graden zakt. In de meeste huizen gebeurt dat pas halverwege of eind oktober, wanneer de kou echt blijft hangen.
Volgens verwarmingsspecialist David Doran van Blackstone Plumbing & Heating is 18 graden een goed uitgangspunt voor de meeste mensen. Voor ouderen of mensen met een zwakkere gezondheid is het verstandig om de temperatuur rond de 20 graden te houden. “Tot het echt kouder wordt, kun je beter wat extra lagen kleding dragen of een deken erbij pakken,” zegt Doran. Op die manier voorkom je dat de verwarming al wekenlang onnodig draait.

Slim en efficiënt verwarmen
Niet alleen het moment waarop je de verwarming aanzet is belangrijk, ook de manier waarop je dat doet telt mee. Veel mensen denken dat hun huis sneller opwarmt door de thermostaat hoog te zetten, maar dat is een fabeltje. De verwarming warmt niet sneller op bij een hogere stand – de ketel werkt alleen langer, wat meer energie kost.
De ideale temperatuur in huis ligt tussen de 18 en 21 graden, afhankelijk van je persoonlijke voorkeur. Een slimme thermostaat of een timer kan helpen om het energieverbruik beter te regelen. Zo verwarm je alleen wanneer het nodig is – bijvoorbeeld in de ochtend en de avond – en blijft het comfortabel zonder verspilling.

’s Nachts de verwarming uit?
Een andere veelgestelde vraag is of je de verwarming ’s nachts aan moet laten. Het antwoord is simpel: liever niet. Doran raadt aan om de verwarming ongeveer 20 minuten voor het slapengaan uit te zetten. De warmte die dan nog in huis hangt, is vaak genoeg om de nacht comfortabel door te komen. Bovendien scheelt het aanzienlijk in energieverbruik en kosten.
Wil je voorkomen dat het ’s ochtends té koud aanvoelt? Stel dan je thermostaat in zodat de verwarming een half uur voor je opstaat weer aanslaat. Zo word je wakker in een aangename temperatuur zonder dat je de hele nacht hebt gestookt.
De verwarming aanzetten is dus meer dan alleen een kwestie van comfort – het draait om slim plannen en energie besparen. Wacht tot de temperatuur in huis echt daalt, gebruik je thermostaat verstandig en zet de verwarming op tijd uit. Met een paar eenvoudige gewoontes houd je het deze herfst niet alleen lekker warm, maar ook vriendelijk voor je portemonnee.










