Heb je het zelf wel eens bewust bekeken? Je loopt door de supermarkt, pakt gedachteloos “even wat noten mee”, en ineens beland je in een soort oerwoud waar zakjes, bakjes, luxe bakjes en nóg luxere bakjes om je oren vliegen. Je zou bijna denken dat je in een notenparadijs bent beland… tot je de prijskaartjes ziet. Dan verandert het spontaan in een nachtmerrie. Want waarom kost een zakje noten €14 per kilo, terwijl een bakje precies dezelfde noten doodleuk €24 per kilo kost? En waarom vraagt de bakafdeling zelfs €44 per kilo?

Zijn we nu gek geworden, of probeert de supermarkt ons écht in het (n)ootje te nemen? Ons favoriete consumentenprogramma Keuringsdienst van Waarde dook erin, wij doken er nóg dieper in — en wat blijkt? De notenwereld is een stuk vreemder dan je denkt.
Een jungle van prijzen: hoe kan dit?
Als je de cijfers naast elkaar legt, zie je meteen dat er iets geks aan de hand is.
Walnoten in een zakje: €14 per kilo
Walnoten in een standaard bakje: €24 per kilo
Walnoten in een luxe bakje: €44 per kilo
En hazelnoten? Dat wordt helemaal lachen:
Zakje: €14 per kilo
Bakje: €28 per kilo
Exact dezelfde noten, volledig identiek… maar dubbel zo duur omdat ze in een ander bakje zitten.
Je zou toch verwachten dat de prijsverschillen te maken hebben met kwaliteit, afkomst, versheid, brandproces, verpakking of wat dan ook. Maar hoe langer je kijkt, hoe minder logisch het wordt.
Noten van overal: Chili, China, Frankrijk… en allemaal anders
Noten komen uit de hele wereld aangewaaid. Chili, China, Frankrijk, Noord-Amerika — ze worden wereldwijd verbouwd en verscheept. En inderdaad, er zit smaakverschil tussen herkomsten. Zo hoor je van notenhandelaren dat Chinese noten “wrang en bitter” kunnen smaken, terwijl Chileense noten vaak zoeter en frisser zijn. Franse noten zijn ronduit duur, “zoals wel meer Franse dingen misschien te duur zijn”, zoals één handelaar het droog zei.
Maar nu komt het: op de verpakking van jouw supermarktnoot staat vrijwel nooit het land van herkomst vermeld. Je koopt dus eigenlijk blind.
Hoe kun je dan het verschil in prijs rechtvaardigen? Je hebt geen idee wat je koopt, waar het vandaan komt en wat het eigenlijk waard is.
Voor iedereen die op zoek is naar beste noten kopen: je hebt dus geen enkel houvast.

Gebrande noten blijken… gefrituurde noten
Dan een ander pijnlijk moment uit het onderzoek: “gebrande” noten blijken in werkelijkheid gefrituurd.
Niet in een oven.
Niet geroosterd.
Niet ambachtelijk gebrand door een of andere charmante notenboer in linnen schort.
Nee, hup: grote batches noten, recht naar beneden een bad kokende olie in.
Het woord ‘gebrand’ klinkt gewoon mooier — en dus zetten supermarkten het erop. Want mooie woorden verkopen beter dan “gefrituurde cashews”.
Notenmixen: de grootste grap van allemaal
Een ander mysterie: waarom zijn notenmixen zó belachelijk duur?
Een zak macadamiamix van €20 per kilo lijkt normaal, tot je het omrekent. Koop je dezelfde noten los en mix je ze zelf in een kom, dan betaal je tot 80% minder.
80 procent!
Dat is geen afrondfout meer, dat is pure winstpakkerij. Maar supermarkten weten dat mensen gemak willen, dus plakken ze een premium prijskaartje op dat gemak.
Tja, als jij niet zelf wil mixen, dan betaalt je portemonnee de prijs.
“Een noot is gewoon een noot”
Het mooiste moment komt van een Nederlandse notenteler. Die krijgt willekeurige walnoten uit een supermarkt voorgeschoteld en kan nauwelijks verschil proeven. Sterker nog: volgens hem komen veel van die noten waarschijnlijk uit dezelfde boot, en misschien zelfs van dezelfde boom.
Dat betekent:
➡️ dezelfde noten
➡️ verschillende verpakkingen
➡️ compleet andere prijzen
En dat alleen omdat de één in een zakje zit en de ander in een doorzichtig plastic bakje met een chic stickertje.

Waarom betalen we dan zoveel meer?
Aan het einde van de aflevering komt de klap op de vuurpijl. Presentator Ersin Kiris belt met een notenhandelaar die supermarkten belevert — dus iemand die precies weet hoe dit spel gespeeld wordt.
Hij zegt droog:
“Als het er luxer uitziet, willen mensen er meer voor betalen. Wij vragen wat de gek ervoor geeft.”
Dat is het.
Dat is de hele verklaring.
Je betaalt niet voor betere noten.
Je betaalt niet voor betere kwaliteit.
Je betaalt voor een gevoel.
Voor een beleving.
Voor een uiterlijk dat luxe lijkt.
En dat luxe bakje dat je €20 extra laat betalen? Kost de supermarkt slechts… twee dubbeltjes meer.
Twee.
Dubbeltjes.
En toch zijn er miljoenen mensen die die bakjes blijven kopen. Waarom? Omdat supermarkten precies weten hoe jij denkt. Zet het in een strak bakje, gebruik woorden als “premium”, “deluxe”, “vers gebrand” en consumenten trekken hun portemonnee sneller dan je “besparen op boodschappen” kunt zeggen.
Zijn we met z’n allen gek?
Waarschijnlijk wel een beetje.
Maar nu niet meer. Nu weet je wat er achter die enorme prijsverschillen zit. En dat maakt jou meteen slimmer dan 90% van de mensen die vandaag in de supermarkt staat.
Dus hier komt je nieuwe gouden regel:
Als je noten koopt: kies altijd voor het zakje.
Tenzij je het echt leuk vindt om €10–€30 extra te betalen voor een plastic bakje dat maar een fractie meer kost om te produceren.
En supermarkten?
We hebben jullie (weer) door.










